De Amerikaanse president Donald Trump heeft opnieuw importheffingen aangekondigd op Chinese goederen, wat de toch al fragiele handelsrelaties verder op scherp zet. Trouw bezocht fabrieken in het zuiden van China en sprak met bedrijfsleiders over hun strategie in deze onzekere tijden.
In de showroom van Weishi Technology hangen tientallen televisies aan de muur. Op het moment dat bedrijfsmanager Wang Mingqing (36) de beeldschermen aanzet, verschijnt er op iedere tv een menu met westerse platformen, zoals Netflix, YouTube en Amazon Prime. Het Chinese bedrijf fabriceert bijna uitsluitend voor de export, waardoor de producten voorzien zijn van systemen die in China niet toegestaan zijn.
De televisiefabriek ligt op een industrieterrein in Foshan, een stad in de zuidelijke Chinese provincie Guangdong. Op het terrein bevinden zich honderden andere fabrieken, vrachtwagens worden de hele dag door in- en uitgeladen. Vorig jaar werd bijna een kwart van China’s totale export vanuit deze provincie naar het buitenland vervoerd.
Dinsdag zal naar verwachting opnieuw een Amerikaanse importheffing van 10 procent op Chinese goederen ingaan. Daardoor dreigen de televisies van Wang voor zijn klanten in de VS onbetaalbaar te worden. “Het is niet zo gemakkelijk als vroeger om Amerikaanse klanten te behouden”, verzucht hij.